Onze missie is niet het oppervlakkig opnemen van migranten en vluchtelingen in een bestaande samenleving. Onze focus ligt veeleer op het ontwikkelen van een door migratie gevormde regionale identiteit van de Euregio Maas-Rijn, die zich door haar culturele veelzijdigheid en collectief engagement kenmerkt.
Door de aanvullende kwalificering van betaalde medewerkers en vrijwilligers zullen nieuwe migranten en vluchtelingen zelfstandig handelingscompetenties ontwikkelen. Doel is het, hun potentieel te versterken en hun competenties te stimuleren.
De implementering van het TREE-project verloopt via de volgende stappen:
Contextanalyse en inventarisatie van actueel voorhanden kwalificaties en competenties van personen die tegen betaling of als vrijwilliger met vluchtelingen werken. Definiëren van een competentie-referentiesysteem, analyseren van sterke en zwakke punten en onderzoek doen naar de voornaamste bijscholingsbehoeften van de professionals in de deelregio‘s.
Hierbij wordt zowel met formele kwalificaties als met informeel verworven competenties rekening gehouden.
Ontwerpen van een gedifferentieerd modulair bijscholingsprogramma waarbij rekening gehouden wordt met de geconstateerde behoeften en de Euregionale omstandigheden. In de bijscholing worden verschillende actieve onderwijsmethodes geïntegreerd, waaronder ook online-aanbiedingen.
Implementering van het scholingsprogramma in de deelregio’s in samenwerking met de belangrijkste betrokkenen. Daarbij horen o.a. opnamecentra voor vluchtelingen, naast instellingen die zich bezighouden met het bijscholen van taal- en beroepskwalificaties. Tijdens de bijscholing dient op een uitgebalanceerde verhouding tussen betaalde medewerkers en vrijwilligers gelet te worden.
Organiseren van dialoogbijeenkomsten in de deelregio’s met het doel de uitwisseling tussen vluchtelingen en de lokale bevolking positief te beïnvloeden.
Na voltooiing van de eerste scholingsprogramma‘s wordt feedback van de instellingen en de migranten verzameld. Op basis van deze respons worden de programma‘s inhoudelijk aangepast.
Aan het einde van het project wordt het scholingsprogramma aan het grote publiek voorgesteld. De projectresultaten worden via de openbare media van de deelnemende instellingen en op regionale en nationale vakbijeenkomsten gepresenteerd. Het bijscholingsprogramma dient permanent in het aanbod van de deelnemende instellingen en andere onderwijsaanbieders opgenomen te worden.
Het kwaliteitsbeheer van het project geschiedt extern, door het onderzoeksinstituut pfaender & team GmbH in Keulen (www.inpuncto-pfaender.de).